Archeologie, Musea en BehoudNieuws

Een binnenvaartvrouw als vele anderen

Catharina van der Corput was schippersvrouw. Haar maritieme leven werd door het Maritiem Museum Rotterdam aan de hand van een relatief groot aantal bewaard gebleven documenten in kaart gebracht.

Voor een tentoonstelling over maritieme vrouwen die vanaf medio 2025 te zien zal zijn in het Maritiem Museum Rotterdam, deed senior conservator Irene Jacobs ook onderzoek naar vrouwen in de binnenvaart. Die werken aan boord net zo hard als de mannelijke schippers waarmee ze vaak een echtpaar vormen, maar krijgen daarvoor volgens Jacobs lang niet altijd de credits. De in 1921 geboren Catharina van der Corput was zo’n vrouw. Jacobs vertelt over haar terwijl ze een aantal documenten doorneemt.

Zeer zeldzame bemanningslijst

‘Haar ouders waren allebei binnenvaartschipper en ze werd dan ook aan boord geboren. Met haar ouders en een jongere zus hebben ze het schip jarenlang gerund, zoals ook te zien is op deze bemanningslijst uit 1947. Dat is om twee redenen een zeldzaam document. Op de meeste binnenvaartschepen werkten maar twee mensen en dus werden zulke lijsten meestal niet bijgehouden. Bovendien worden op deze lijst de vrouwelijke leden van het gezin ook als bemanningslid genoemd en dat kwam bijna nooit voor.’

Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam er een matroos aan boord die Catharina al kende en met wie ze later zou trouwen. Van hem en van vader Van der Corput pakt Jacobs er de Rijnpatenten bij. Daar legt ze de getuigschriften van Catharina en haar moeder en zus naast. ‘Dit maakt het verschil meteen duidelijk. Ze deden allemaal hetzelfde werk aan boord. Maar waar de vaardigheden van de mannen gewoon werden erkend met zo’n patent, werd er voor de vrouwen een soort toestemming gegeven om exact hetzelfde werk te mogen doen. Ook nog eens vanuit mannelijk perspectief, want de getuigschriften waren er voor echtgenotes, dochters en zussen van schippers.’

Ongeval aan boord

De andere documenten geven een beeld van de maritieme loopbaan van Catharina van der Corput. Die vond voor een belangrijk deel plaats tijdens de Tweede Wereldoorlog. ‘Best bijzonder dat ze de hele oorlog hebben doorgevaren. Dat kan niet makkelijk zijn geweest.’
Een van de documenten was destijds geldig tot 1950. Maar, zo zegt Jacobs: ‘Zo lang hebben ze niet gevaren. Ook na haar huwelijk in 1947 is ze opmerkelijk genoeg blijven varen, want haar man ging toen aan de wal werken. Maar in 1949 kwam de vader van Catharina om het leven bij een ongeval. En dat was reden voor de rest van het gezin om met varen te stoppen.’

Catharina was pas 27 toen ze stopte met varen en omdat ze als schipperskind nauwelijks onderwijs had genoten, zat een echte loopbaan in een andere sector er niet in. Die andere maritieme vrouw, moeder Anna van der Corput-Snel, woonde nog jarenlang bij het gezin van haar dochter in. Catharina zelf overleed in 2012.

Niets bijzonders

‘Zij was een binnenvaartvrouw als vele anderen’, stelt Jacobs vast. ‘Er was in die zin niets bijzonders aan haar dat ze hetzelfde aan boord deed als al die andere vrouwen én mannen. Maar we hebben wel relatief veel documenten over haar schippersleven, zodat we haar straks in de tentoonstelling de aandacht kunnen geven die ze verdient. Het grootste gedeelte van de geschiedenis wordt immers geschreven door mensen die nooit met hun hoofd boven het maaiveld uitsteken.’

Lees het uitgebreide artikel van Vincent Krabbendam in de Schuttevaer (alleen voor abonnees).
Beeld: ©Maritiem Museum. De kopfoto laat een deel zien van het Getuigschrift dat aangeeft dat
Catharina geschikt is bevonden om op de Rijnvaart te dienen. De kwalificatie die daarbij hoort is:
‘Dochter van de schipper’ Arnold Ludovicus van de Corput. Vrouwelijke bemanningsleden konden,
blijkens het getuigschrift, alleen ‘echtgenote’, ‘dochter’ of ‘zuster’ van de schipper zijn.