Pieter Blussé van Oud Alblas overleden
Pieter Blussé van Oud Alblas, telg uit een roemrucht geslacht van (zeil)reders, maakte naam in de erfgoedsector door zich niet-aflatend in te zetten voor tal van spraakmakende projecten. Vorige week overleed hij, op 86-jarige leeftijd.
Blussé van Oud Alblas was advocaat en zeiler. Hij had een grote kennis van nautische zaken en kende iedereen die er toe deed in de Rotterdamse haven en omstreken. Dat kwam van pas toen hij zich sterk ging maken voor het nautisch erfgoed in de Maasstad. Blussé van Oud Alblas werd pleitbezorger en initiator van de Oude haven, en speelde een belangrijke rol bij de realisatie van die eerste erfgoedhaven van Rotterdam en de bijbehorende scheepswerf De Koningspoort.
Oosterschelde

In 1988 koopt Dick van Andel de Sylvan, een oude schoener, die hij uit Zweden heeft gehaald. Hij weet dat hij het schip niet in zijn eentje kan restaureren, daarvoor heeft hij de middelen niet. Om die bij elkaar te sparen zou hij nog kunnen vrachtvaren, maar dan ontmoet hij Pieter Blussé van Oud Alblas, en meteen komt er een heel andere dynamiek in het verhaal. Blussé van Oud Alblas ziet de potentie van het schip, richt een bv op en later de stichting ‘Het Rotterdamse Zeilschip’, en maakt zich sterk om de benodigde fondsen voor een volledige restauratie bij elkaar te krijgen. Dankzij zijn enorme overredingskracht slaagt hij daar wonderwel in, en slechts vier jaar later wordt het schip met de nieuwe naam Oosterschelde gedoopt.
Van Andel: ‘Pieter was een geweldige verkoper. Hij nam nogal eens mensen en bedrijven met geld mee aan boord, en vertelde dan dat ze aandelen konden kopen. Zodra hij voelde dat zijn gesprekspartner daar wel wat voor voelde, stak hij die een kaartje toe: “Als je daar je naam even opschrijft, weet ik je te vinden.” Als de ander dan toehapte praatte hij rustig door over die aandelen en eindigde dan vaak terloops met: “Ach, je kunt ook net zo goed meteen hier even tekenen, dat scheelt weer een postzegel.” Zo heeft hij heel wat havenbaronnen deelgenoot gemaakt van zijn missies.’
Vechtersbaas
Blussé van Oud Alblas was een vechtersbaas, herinnert Van Andel zich. Nadat de Oosterschelde in 1992 in de vaart werd gebracht met Van Andel als kapitein, kwamen er verschillende andere projecten op zijn pad, die hij met eenzelfde enthousiasme begroette. Zo beet hij zich ook vast in de restauratie van de stevenaak Helena, die bij Het Zeilend Zeeschip werd ondergebracht. Die restauratie was een stuk complexer, door alle overwegingen en discussies over originaliteit en behoud, terwijl het schip ook modern gebruik moest toelaten. ‘Als Pieter zich ergens in vastbeet, liet hij niet meer los. Hij had geduld, maar als hij ergens aan begon wilde hij het ook gerealiseerd zien. Hij is de drijvende kracht achter een groot aantal projecten geweest. Voor het varend erfgoed kan zijn belang niet gauw worden overschat.’
Bron: eigen nieuwsgaring.
Beeld: archief Oosterschelde.