Nieuws

Werfweekend bij Museumwerf Vreeswijk 1 en 2 september

Museumwerf Vreeswijk houdt op 1 en 2 september weer haar jaarlijkse Werfweekend. Dit jaar staat het Werfweekend in het teken van de beurtvaart. Tijdens het Werfweekend is bij de Museumwerf voor jong en oud weer veel te zien en te doen. En te horen! Want het draaien van oude scheepsmotoren wordt ruim gedemonstreerd.

Gevaren wordt er ook: in het groot met rondvaarten langs de Vreeswijkse kaden, en in het klein in mini-uitvoeringen van opduwers en binnenvaartschepen in een bassin op het werfterrein. Ook de jonge bezoekers kunnen het water op, veilig en zelfstandig in handraderbootjes. Op het werfterrein kunt u struinen over een nautische markt en kijken naar demonstraties van oude scheepsambachten zoals het traditioneel zeilmaken en het knopen of splitsen van touw of staaldraad. In de timmerloods die voor deze gelegenheid is geopend, kunt u het vakmanschap van de scheepstimmermannen bewonderen.

– Beurtvaartschepen
Omdat het Werfweekend in het teken staat van de beurtvaart zullen oude beurtschepen niet ontbreken. Bij een aantal kunt u binnenkijken en de sfeer van toen proeven. Daarnaast worden laad- en losdemonstraties gegeven. De beurtvaart kent een lange historie. De wegen bestonden vroeger uit modderige paden die vaak nauwelijks begaanbaar waren. Nederland bezat wel een fijnmazig net van waterwegen met jaagpaden erlangs voor de trekschuit. Vanaf de 16e eeuw had Nederland een strak gereguleerd systeem van beurtdiensten. Vervoer over water was toen al de juiste weg.

Beurtschepen (eerst zeilend en\of als trekschuit, later werden het stoom- en vervolgens motorschepen) onderhielden talrijke vaste lijndiensten tussen steden en dorpen voor het vervoer van passagiers, vee, post, grondstoffen en producten. Tot ver in de vorige eeuw waren deze diensten nog dagelijkse kost totdat het vervoer over de weg en het spoor de lijndiensten had overgenomen. Met de diensten verdwenen ook de schepen. Een aantal kwam terecht in de vrije vrachtvaart, een deel werd gesloopt, de rest vond z’n bestemming als (varend) woon- of recreatieschip.