Wrak bij Oranjemolen geen Hoogaars of Hengst

De Walcherse Archeologische Dienst én Vlissingse heemkundig geïnteresseerden hopen dat binnenkort duidelijk is of het scheepswrak voor het strandje bij de Oranjemolen een legerkotter of een vissersboot was.

Het scheepswrak op het strandje bij de Oranjemolen in Vlissingen was geen hoogaars of hengst, bewijzen de dikke planken waarvan de scheepshuid was gemaakt. Ook voor een Oostendse vissloep lijkt het schip te zwaar gebouwd, oordeelt Peter Hamer, voorzitter van de Stichting Historische Scheepswerf Meerman. Hamer is uitgenodigd door Bernard Meijlink van de Walcherse Archeologische Dienst (WAD), die samen met specialisten van ADC ArcheoProjecten maandag en dinsdag onderzoek deed naar de historie van het wrak, dat na voorjaarsstormen bloot kwam te liggen.

De vondst van een kanonskogel in de scheepshuid wijst er volgens Hendrikse op dat er een, waarschijnlijk Franse, legerkotter bij de Oranjemolen ligt, die in 1809 bij de Engelse belegering naar de zeebodem is gebombardeerd. Meijlink bevestigt dat het schip groter is dan hij eerder veronderstelde. ,,Het schip is zeker twintig meter lang en 5,5 tot zes meter breed. Maar of het om een legerkotter, een vissersschip of nog een ander vaartuig gaat, durf ik nog niet te zeggen.”

Binnen een paar maanden hoopt Wouter Waldus van ADC, die houtmonsters van het schip nam, meer over de datering van het schip te kunnen zeggen.
Lees het gehele artikel op de bron: de PZC via blendle (€)